Gerard van Gemert is kinderboekenschrijver en pleegvader.
Iedere maand deelt hij zijn belevenissen in de wereld van pleegzorg en over het opvoeden van een pleegkind.
Het eerste thema van het nieuwe schooljaar op de peuterstart was “familie”. Of we een vakantiefoto wilden mailen waar Binkies familie op stond. Als je een pleegkind bent en nauwelijks contact hebt met je ouders en je alle familieleden die daarachter zitten nog nooit hebt ontmoet, zou dat een lastig onderwerp kunnen zijn. Maar als je tweeënhalf jaar oud bent, valt dat allemaal best mee. Wij zijn Binkies steun en toeverlaat en alles wat aan ons vastzit, is zijn familie, ook al is er geen bloedband. Nu weet hij nog niet beter.
Ellen en ik hebben samen vier kinderen en drie kleinkinderen die iets ouder zijn dan Binkie. Hij zal dus met hen opgroeien. Zij weten al niet meer beter dat wanneer ze op bezoek komen, Binkie hier rondloopt en dat hij bij ons woont. En dat als wij bij hen op bezoek gaan, hij altijd met ons meekomt. Onze kinderen steunen onze keuze om voor hem te blijven zorgen, ook al gaat een groot deel van de aandacht die normaal naar hun kinderen zou gaan, nu naar Binkie.
Normaal en logisch
Onze kleinkinderen vinden het normaal en logisch dat hij ons opa en oma noemt. Zij noemen ons immers ook zo. Maar daar ging wel een stukje denkwerk aan vooraf. Sommige mensen vinden het raar dat hij ons geen mama en papa noemt. Maar dat zou niet goed voelen. Ten eerste omdat wij zijn vader en moeder niet zijn en, belangrijker nog, omdat hij een vader en moeder heeft. Dat onderscheid willen we graag zou houden om het voor hem zo eenvoudig mogelijk te houden en om zijn ouders in hun waarde te laten. We weten immers niet wat de toekomst brengt en wat voor rol zijn ouders nog kunnen gaan spelen.
Over nadenken
Ander voordeel is dat het voor Binkie later op school makkelijker uit te leggen is. Hij woont bij opa en oma en dat zijn die iets oudere mensen die hem naar school brengen en ook weer van school halen. Ga op een willekeurig schoolplein staan en je ziet meer opa’s en oma’s dan vaders en moeders. En tot slot is het binnen ons eigen gezin een stuk makkelijker. Onze kinderen ziet hij als oom en tante en onze kleinkinderen als neefjes en nichtjes die elkaar allemaal op dezelfde manier aanspreken.
Natuurlijk gaat hij daar later over nadenken en zal hij vast nog weleens aan iemand moeten uitleggen hoe het precies zit. Aan ons de taak om hem daar zo goed bij te laten voelen dat hij het om zo’n manier zal vertellen dat de luisteraar het allemaal heel normaal vindt.