“Wij houden van haar alsof ze ons eigen spruitje is”

Marijke: ‘Advies over het opvoeden van pubers? Hmmm, iedereen doet wat ‘ie denkt dat goed is toch?’ Richard lacht en roept vanuit de keuken: ‘Nou, na drie pubers weet je écht wel wat!’ Veertigers Richard en Marijke zijn pleegouders van Senna. De vijf weken oude baby die bij hen kwam, is inmiddels een twaalfjarige jonge dame. Hoe haar pubertijd hun opvoedingsstijl verandert, daar vertellen ze graag over.

Allereerst, wat is jullie beste puber-opvoed-tip?

‘Verwacht niks’ lacht Marijke. ‘Het ene moment is alles plus-plus, het volgende moment deugt niks. Dat is de pubertijd. De onrust giert door hoofd en lijf.’ Senna temt die spanning door zich terug te trekken op haar kamer. Daar, met haar tablet en tekenspullen, komt ze tot rust. Richard en Marijke, die de pubertijd eerder met hun twee zoons en dochter meemaakten, gunnen Senna die ruimte. Marijke: ‘Een puber laat zich niet dwingen gezellig beneden te zitten. Ik was zelf ook zo. Lekker op mijn kamer, geen gezeur van ouders of school.’

Terwijl je dit zegt, hoor ik lezers roepen: ‘Is jouw huis een hotel?!’

Marijke: ‘Senna hoeft ons niet te pleasen. Dat is, denk ik, een belangrijke les voor nieuwe pleegouders. Verwacht geen dankbaarheid. Het kind vraagt niet om een uithuisplaatsing.’ Richard vult aan: Senna moet het naar haar zin hebben. Gelukkig zijn. Zo staan wij er nog steeds in. We doen nog genoeg leuke dingen samen. Als Senna in de auto zit, komen de verhalen. Daar geniet ik van. En van samen mosselen eten. Marijke: Oh ja! Als we niet oppassen eet ze in haar eentje zo’n mosselpan (groots handgebaar, red.) leeg haha.’

Verwachtingen bijstellen dus. Nog meer tips?

‘Blijf luisteren.’ zegt Marijke. ‘Ga er niet bovenop zitten. Een voorbeeld? Als Senna boos is, laat ik haar met rust. Ik trek mijzelf terug, zet koffie en wacht tot het weer rustig is. En ja, dan valt er boven wel eens een stoel of slaat ze met een deur. Als het lawaai ophoudt krijgt Senna op haar kamer een kopje thee. Vaak vertelt ze dan wat er aan de hand was. Soms niet. Dat is ook goed.’

Meer bewegingsvrijheid

‘Laat je relatie niet ondersneeuwen’, vult Richard aan. ‘Wij zijn altijd dingen met zijn tweeën blijven doen. Al was het maar een ritje naar supermarkt of tuincentrum. Marijke: Ja, dat je er gewoon even uit bent. Richard: Een jonger pleegkind voegt makkelijker in. Dat is, denk ik, een reden waarom pleegouders kiezen voor kleine kinderen. Terwijl een ouder kind zelfstandiger is en je bewegingsvrijheid vergroot. Je hebt geen opvang nodig, je kunt makkelijker samen weg. Marijke knikt instemmend: In haar baby- en peutertijd huilde Senna altijd als de oppas kwam. Wat een drama was dat. Nou, dan ga je niet lekker van huis hoor.’

De bezoekregeling, verandert dat ook?

Richard: ‘Senna ziet haar ouders al langere tijd niet meer. Daar is ze heel duidelijk in. Bij jongere kinderen weet je nooit exact wat ze willen of wat ze bedoelen. Senna legt ons dat nu gewoon uit. Marijke: Senna heeft een stem. En die mag gehoord worden. Een pleegkind verdient pleegouders die zeggen: wat er ook gebeurt, wij staan aan jouw kant. Wij doen dit met zijn allen. Dat geeft veiligheid.’

Hoe zien jullie Senna’s toekomst?

Richard: ‘Rooskleurig. Marijke: ‘Senna doet het goed op school. De speltherapie die ze volgt, maakt haar weerbaarder. Voor mijn ogen ontwikkelt ze zich tot een jonge vrouw, met een eigen mening en interesses. Dat vind ik geweldig. Richard: ‘Door Senna in huis te nemen doorbreken wij negatieve patronen. Ze krijgt een toekomst. Daar doe je het toch voor?’