Pleegouderschap doe je nooit alleen

Een routinebezoekje en daarna een bespreking op school. Dingen die ik vaker doe, maar nooit met dezelfde uitkomst. Vrij vaak onvoorspelbaar, zo bleek ook deze keer weer. Mijn routinebezoekje is een huisbezoek aan een pleeggezin dat ik al enige tijd begeleid en ik wil deze keer ook graag de kinderen weer even spreken, want dat moet een aantal keer per jaar. Veel kinderen vinden dit niet leuk, zo ook één van de twee in dit gezin. We noemen haar even Lotte.

Ongemak

Lotte is inmiddels 9 jaar en heeft al vaker deze gesprekken met mij gevoerd en altijd is het een uitdaging. Om één of andere reden merk ik dat nu meer dan anders. Ze ontwijkt mijn vragen en wil zich onder haar kussen verstoppen. Mijn gebruikelijke speelse aanpak via iets wat Lotte leuk vindt mag ook niet baten. Helaas… Dan moet ik het hierbij laten, want ik wil Lotte ook niet pushen iets te bespreken waar ze zich niet prettig bij voelt. We sluiten af met een hoofdstuk uit haar boek dat ze aan het lezen is met haar pleegmoeder, dat wilde ze graag. Daarna gaan we weer naar buiten en speelt ze verder alsof er niks aan de hand was net.

Goed contact met school 

Terwijl de kinderen spelen, gaan hun pleegmoeder en ik naar school voor een overgangsgesprek. Daar ben ik niet voor alle kinderen bij, maar in dit geval wel, omdat Lotte op het regulier basisonderwijs zit. Daarbij heeft Lotte het geluk dat deze school ons advies over het omgaan met trauma en hechtingsproblematiek erg waardeert. Ik werd dus ook uitgenodigd om het jaar na te bespreken en afspraken te maken voor de nieuwe juf. De onderwijsassistent die Lotte af en toe apart neemt om wat extra aandacht te bieden bij lastige vakken wil ook wat advies vragen; “wat kan ze doen als Lotte weigert te werken?”. Ze vraagt het niet omdat ze Lotte lastig vindt, maar omdat ze het goed wil doen. Wel meegaan in wat Lotte nodig heeft, maar ook grenzen bieden. Wat ben ik blij met deze lieve juf! Ik geef haar de tip om in te spelen op Lotte’s behoefte aan eigen regie en haar twee opties te bieden binnen de kaders van wat de juf wil. Ze vindt het een goed idee en gaat het komende week meteen testen. Na een goed gesprek sluiten we af en zegt de juf; “het is toch wat he? Al die andere ouders zien Lotte die zich soms wat anders gedraagt. Die hebben geen idee wat dat meisje allemaal al heeft moeten meemaken…” Ze slaat de spijker op z’n kop. Pleegmoeder en ik lopen daarna naar huis en besluiten nog maar eens dat we blij zijn dat deze school dat gelukkig wel weet en zich zo inzet om ons te helpen.  

Voel me schuldig

De volgende dag krijg ik in mijn mail de bevestiging van de opmerking van de juf. Al die nare dingen die Lotte al heeft meegemaakt hebben natuurlijk sporen achtergelaten. Mijn indruk van het gesprek klopte. Lotte had inderdaad meer moeite met mijn vragen dan normaal. Ze was onrustig geweest die avond en de volgende ochtend ook nog. Toen kwam het eruit. Ik had gevraagd of ze zich fijn voelde in het gezin. Klinkt als een prima vraag toch? Niet heel spannend. Toch had ik het kunnen weten. Ik vind dat ik het had moeten weten en voel me schuldig. Lotte had het moeilijk gevonden, omdat ze het wel fijn vindt bij haar nieuwe papa en mama (want zo ziet ze hen), maar het maakte haar ook verdrietig, want als ze ja zou zeggen voelt dat als een afwijzing van haar overleden moeder.

Note to self:

Ook een in mijn ogen zo simpele vraag kan zoveel lading hebben voor onze pleegkinderen. Het zijn niet alleen die ouders van de andere kinderen in de klas die geen idee hebben. Ik schat het ook soms nog verkeerd in.