5 tips voor als je met je pleegkind op vakantie gaat
04 juli 2023 

5 tips voor als je met je pleegkind op vakantie gaat

‘Mijn naam is Trudie (64) - samen met mijn man ben ik 37 jaar pleegouder. We zorgen op dit moment nog voor onze pleegdochters Larissa (16) en Gaby (13). Op vakantie gaan is heerlijk, maar in een pleeggezin geeft het vaak ook stress. “Het onbekende” maakt dat kinderen angstiger kunnen zijn. Hoe speel je daar handig op in? En hoe bereid je je goed voor? Na al die jaren ben ik er achtergekomen dat deze vijf tips heel goed werken. Lees mee!

1. Pleegkinderen hebben altijd behoefte aan structuur en duidelijkheid. Het is daarom belangrijk dat je dit op vakantie niet helemaal loslaat en de dagelijkse structuur behoudt. Wij blijven bijvoorbeeld eten op vaste tijden. Er mag langer uitgeslapen worden door de oudere kinderen, maar niet tot in de middag. De lunch doen we namelijk ook altijd gezamenlijk. Soms is door een van de kinderen een andere afspraak gepland, dat kan natuurlijk en dat is prima. Maar de basisregel is wel duidelijk: we eten met elkaar op een vast tijdstip. Met de bedtijden ben ik wat soepeler, daar laat ik de structuur een beetje los. Dit heeft verschillende redenen. Ten eerste omdat het langer licht is, ten tweede is er vaak nog veel rumoer om ons heen op de camping en ten derde zijn de kinderen een stuk minder moe, omdat de druk van de schoolprestaties niet speelt. 

2. De leuke uitjes plannen we van tevoren, dat geeft duidelijkheid. En: wie niet mee wil, hoeft niet mee. We regelen dat er altijd iemand is om wat anders mee te gaan doen, bijvoorbeeld een cake bakken als de anderen gaan zwemmen. Niets moet, vakantie hoort ontspannen en leuk te zijn.

3. Tijdens de vakantie vind ik afwisseling erg belangrijk. Even schermen, een activiteit doen, eerst iets samen en dan weer iets alleen. Schermtijd is tijdens vakanties wat langer. Dit doen we om de kinderen een moment van rust te gunnen.

4. Belangrijk voor het vertrek: leg goed uit wat van de kinderen wordt verwachtBegin bijvoorbeeld een week van tevoren met samen de tas inpakken. Neem de kinderen mee in beslissingen waarom iets wel of niet meegaat. En leg uit waarom je bepaalde spullen inpakt. Bijvoorbeeld: je hebt slippers nodig om daar onder de douche te gaan. Soms laat ik ook filmpjes zien om alles te verduidelijken.

5. Vertel en leg uit dat iedereen ook weer naar huis gaat. Niemand wordt vergeten! Dit herhaal ik keer op keer. "We gaan twee of drie weken weg en dan komen we weer thuis." Iedereen gaat mee, maar ook iedereen komt weer terug. Dat geeft een gevoel van veiligheid.

Over de schrijver
Reactie plaatsen